Jamming Potatoes Maiden Gig!
En daar zijn beelden van:
http://www.youtube.com/watch?v=YSFxzITQjKw
Ik kan het niet helpen, maar ik ben wel een beetje trots hoor..
Mumbai II
Op de dag dat Ratan Tata de Nano lanceert in Mumbai, is het wel aardig om een kleine sfeerimpressie te geven van wat zich daar allemaal afspeelt. Dit zijn plaatjes die ik geschoten heb tussen 9 en 19 maart, toen ik daar was voor Het Project:
Eerst even, om de setting te bepalen, het uitzicht uit mijn hotelkamer van het werkelijk decadent luxe Taj Mahal (jawel, de Towers waren een maand na de aanslagen weer compleet in bedrijf. Het oude gedeelte waarvan de brandende koepel CNN ontsierde, was nog in restauratie maar gaat ook snel weer open):
Alledags vervoer, dit is toevallig in de stad, maar ook op de snelweg is dit normaal. Moet je wel weten dat op de snelweg de hobbels en gaten een auto soms een halve meter doen opspringen. Het begrip bumperkiller is uitgevonden in India als je het mij vraagt; wee de chauffeur die op het verkeerde moment zijn aandacht niet op de weg heeft.
Op de kruispunten is het niet ongewoon dat je een bedelaar ziet. Vaak met eenkind op de arm, soms ook mismaakt. Slumpdog Miljonair is een levensechte film, opgenomen in Mumbai by the way. Ik heb één keer mijn raampje van mijn auto met chauffeur dichtgedraaid - en ik voel me nog schuldig.
Een stad als Mumbai "supports everyone", iedereen vindt wel een plekje om te wonen en te werken. Letterlijk. Veel mensen met hun familie wonen op de straat. Een hoekje of gewoon een leeg plekje troittoir voldoet. Helemaal als er een hekje in de buurt is om de was te drogen te hangen. Waar ze mee wassen is me nog steeds niet duidelijk geworden.
Ik weet ook niet hoe het in het hotel eraan toe gaat in de wasserij. Wel dat ze weten hoe je heet, en dat ze er erg goed kunnen strijken. Het contrast met de straat kan wat mij betreft niet groter zjn.
Support everyone is vrij letterlijk. Mensen in Mumbai zijn gewend elkaar te helpen; aan een plek, aan een baantje, van de regen in de drup wellicht. Mensen verkopen ballonnen aan toeristen (en dat kunnen ook welgestelde indiers zijn):
of hebben hun vierkantemeterwinkeltje als pindaverkoper
of schoenenpoetserof garnalenpelster in de visserijhaven. Dat is een micro-economisch maatschappijtje op zich. Pa komt met de boot terug van zee met een netje vis, inktvis, garnaal, schildpad, en dochters of moeders maken het schoon en het mandje wordt geveild. De ingewanden gaan gewoon de haven in, en natuuurlijk kan je daar gewoon tussen zwemmen in 30 graden broiebakwater; tenminste als je indier bent, niet als westerling.
En daaromheen heb je ook weer indirecte banen: hier een man die op een fiets een slijpsteen aandrijft met zijn trapper via het achterwiel, om de pannendeksels, wieldoppen en andere slijpbare gereedschappen weer scherp te maken om de vis mee schoon te maken
De winkeltjes zijn allemaal hoog gespecialiseerd in hetzij lichtslangen, hetzijn mengkranen, hetzijn slijpschijven, hetzij druiven, hetzij gloeilampen. Een gereedschapwinkel of fruithandel echter, heb ik niet gezien
Ook dit is India: een mooie tuin met sproeiers, altijd verfrissend als het 35 graden dooit, een bamboesteiger, de trein, pratende mannetjes, een bergmeer
Toch weer diep onder de indruk zeg ik: